Cabrette

Een bijzondere vondst ...
De zak van deze doedelzak is van geitenleer gemaakt waarmee de naam Cabrette, in het dialect van de Auvergne betekend dat kleine geit, gelijk verklaard is.

De Cabrette is wat betreft geluid afgeleid van de traditionele doedelzakken uit Centraal Frankrijk en qua vormgeving de chique Mussette de Cour, een doedelzak die een belangrijke rol speelde in de hofmuziek van de Franse Barok.  Om de verfijnde vormgeving van de Musette te handhaven werden de nobelste materialen gebruikt om Cabrettes te bouwen; Ivoor, ebbenhout en kostbare stoffen.

 

De Cabrette was zeer populair bij de immigranten uit de Auvergne die zich in Parijs hadden gevestigd. Maar ook de thuisblijvers namen de cabrette unaniem over, waardoor dit instrument de meest succesvolle doedelzak van de 19de eeuw is geworden.

In de buurt rondom de Bastille, een buurt die de naam 'Klein Auvergne' kreeg, onstonden de Bals Musette. In beginsel dansavonden voor de Auvergnat die in de loop van de tijd ook bij de Parijzenaren ongekend populair werden.

De ontwikkeling van de Cabrette ging gelijk op met de ontwikkeling van de accordeon waardoor deze twee een onafscheidelijk duo zijn geworden. Om de accordeonisten ter wille te zijn werden Cabrettes, die zelf vrij beperkt in toonomvang zijn,  in alle denkbare toonsoorten gebouwd.

De gouden eeuw speelde zich voor de Cabrette af van 1880 tot 1940. Daarna namen de accordeons de overhand in de 'Wals Musette' muziek.  Gelukkig herinnerd de toevoeging 'Musette', goed Frans voor doedelzak, ons er nog steeds aan voor welk instrument deze muziek eigenlijk bedoeld is.   

Dit is een Cabrette à bouche, een mondgeblazen cabrette, die omstreeks 1850 is gebouwd door Benoît Amadieu (1804-1877) in Parijs.

Aan Amadieu wordt toegeschreven dat hij de 'uitvinder' van de cabrette is. Het staat in elk geval vast dat hij verantwoordelijk is voor de vormgeving van de cabrette zoals wij hem tegenwoordig nog kennen. Zijn instrumenten zijn van een ongeevenaarde kwaliteit en zeer gezocht door spelers en verzamelaars.  

Het meest bijzondere aan dit instrument is echter dat de speelpijp met kleppen is voorzien ... voor zover bekend is dat de enige in z'n soort!!

Na de restauratie
Toen ik het instrument bij een handelaar in Parijs tegenkwam verkeerde het in een zeer slechte staat. De kleppen zaten muurvast, de leren binnenzak was uitgedroogd en gescheurd en de motten hadden zich te goed gedaan aan het stof van de zak.

Imiddels heb ik dit instrument grotendeels gerestaureerd. Bernard Blanc wilde deze toeter even van me lenen, en was gelijk zo lief  om er een riet voor te maken. Zijn slotconclusie over dit instrument was, 'verrassend'. Een echte Amadieu sound ... en dan nog die kleppen ... 

Dit instrument is een klein misterie. Wie de kleppen erop heeft gemonteerd is niet met zekerheid te stellen. Is het een experiment van Amadieu? Is het achteraf door  iemand gedaan die meer mogelijkheden wilde hebben!?Als jij toevallig meer weet,  een oude foto hebt waar deze cabrette op staat, ergens iets hebt gelezen of gezien of wat dan ook; Laat het mij dan vooral weten!!! Ieder spoor is belangrijk, ook al lijkt het nog zo onbenullig! 

 

Voor de restauratie

 

De speelpijp van een Cabrette heet Pied. De lengte in centimeters geeft aan in welke toonsoort hij staat.

Nikolaj's Cabrette is in 2004 door Bernard Blanc gebouwd, en heeft de volgende pieds: '54' (D/G), '44' (F/Bes) en 39 (G/C).